Wanneer stopt een tweede spoor traject?

Een tweede spoor traject stopt wanneer de werknemer duurzaam geplaatst is bij een andere werkgever, (deels) kan terugkeren binnen de eigen organisatie, volledig arbeidsongeschikt is verklaard of wanneer re-integratie aantoonbaar niet (meer) haalbaar blijkt. Ook eindigt het traject na 104 weken ziekte of wanneer het UWV toestemming geeft om het te beëindigen, bijvoorbeeld op basis van een negatief haalbaarheidsonderzoek.

Wat is een tweede spoor traject?

Een tweede spoor traject start wanneer een langdurig zieke werknemer niet meer terug kan keren in de eigen functie of organisatie. Werkgever en werknemer gaan dan – vaak met hulp van een re-integratiebureau – op zoek naar passend werk bij een andere werkgever. Dit is verplicht volgens de Wet verbetering Poortwachter.

Redenen waarom een tweede spoor traject kan stoppen

Er zijn verschillende situaties waarin het traject eindigt:

1. Bij hervatting van werk binnen de eigen organisatie (spoor 1)

Soms blijkt de werknemer toch (gedeeltelijk) terug te kunnen keren bij de eigen werkgever. In dat geval stopt spoor 2, en wordt spoor 1 hervat.

2. Bij volledige arbeidsongeschiktheid

Als uit een medische beoordeling blijkt dat werken (ook extern) structureel niet haalbaar is, kan het traject worden beëindigd. Dit moet goed onderbouwd worden, vaak via een deskundigenoordeel of WIA-aanvraag.

3. Bij succesvolle plaatsing bij een andere werkgever

Zodra de werknemer duurzaam passend werk vindt bij een andere werkgever, mag het tweede spoor traject worden afgerond. Dit is het beoogde resultaat van het traject. Zorg dat deze plaatsing goed wordt vastgelegd in het dossier, inclusief de startdatum van het nieuwe dienstverband.

4. Na 104 weken ziekte / WIA-aanvraag

Na twee jaar ziekte eindigt de loondoorbetalingsplicht van de werkgever. Het tweede spoor traject stopt in principe zodra het UWV een besluit heeft genomen over de WIA-aanvraag. Bij een loonsanctie loopt het traject echter door.

5. Toestemming van het UWV

In uitzonderlijke gevallen kan het UWV toestemming geven om het tweede spoor traject vroegtijdig te beëindigen, bijvoorbeeld na een negatief haalbaarheidsonderzoek. Hiervoor is een solide onderbouwing vereist.

Wie bepaalt of een traject stopt?

De werkgever kan het traject niet eenzijdig beëindigen. Er moet onderbouwing zijn van de bedrijfsarts, arbeidsdeskundige of het UWV. Zonder duidelijke reden loopt de werkgever het risico op een loonsanctie.

Hoe leg je het correct vast?

De beëindiging van het traject moet altijd schriftelijk worden vastgelegd in het re-integratiedossier. Dit voorkomt problemen bij toetsing door het UWV en toont aan dat het traject zorgvuldig is afgerond.

Begeleiding nodig bij een spoor 2 traject?

Care4Careers ondersteunt werkgevers en werknemers met deskundige begeleiding, maatwerkoplossingen en complete dossieropbouw. Neem vrijblijvend contact met ons op.

‍